Enoch 20

Chanówkh (Enoch) 20

1. Dit zijn de namen van de gezanten die waken. 2. `Uwriy’Ë´l, één van de gezanten van de Zuivere, waakt over donder en verschrikking. 3. Rphâ’Ë´l, een andere van de gezanten van de Zuivere, waakt over de geesten der mensen. 4. R`uw’Ë´l, een andere van de gezanten van de Zuivere, die de wereld en de lichtgestalten wreekt. 5. Miykhâ’Ë´l, een andere van de gezanten van de Zuivere, die belast is met het betere deel van de mensheid en de mensen. 6. Tsuwriy’Ë´l, een ander van de gezanten van de Zuivere, die belast is met de geesten van de zonen van de stoffelijke mens (‘âthâ´m) die in de geest overtreden. 7. Gavriy’Ë´l, een andere van de gezanten van de Zuivere, toevertrouwd over het paradijs(20), de slangen en de Kruwvíym. 8. Rmmiy’Ë´l, een ander van de gezanten van de Zuivere, degene die Yâ-hwéh heeft belast met de herrezenen.

(20) Paradijs (Pardë´ç) is een `Ivríyth woord dat “boomgaardpark” betekent en specifiek verwijst naar de tuin van `Ë´then.

Enoch 19 | Enoch | Enoch 21

Share