Jezus bereikt zijn doel

Lezen: Hebreeën 2:9-10; 4:14-16
Laten we dus zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige, waar we telkens als we hulp nodig hebben barmhartigheid en genade vinden. (4:16)

In een tijdschrift las ik laatst over de doelen die jongeren voor hun dertigste wilden bereiken. Over het algemeen kwam het hier op neer: ze wilden reizen, een huis kopen, een opleiding afronden, en een partner vinden.
Leg daar eens naast wat Jezus Christus op zijn drieëndertigste bereikt had. Hij had gereisd – als kind al naar Egypte, en als volwassene in heel Israël en zelfs daarbuiten. Maar niet als hobby; het was een vermoeiend bestaan. Een eigen huis had Hij niet: ‘De vossen hebben holen en de vogels hebben nesten, maar de Mensenzoon kan zijn hoofd nergens te ruste leggen’ (Matteüs 8:20). Wat opleiding betreft, de Joden vroegen zich af: ‘Hoe weet Hij dat allemaal, terwijl Hij geen opleiding heeft gehad?’ Hij was allleenstaand. En als klap op de vuurpijl werd Hij berecht, veroordeeld en ter dood gebracht. Dat klinkt niet als een succesverhaal, of wel?
En toch… toch bereikte Hij zijn doel. Nee, het was niet wat mensen verwachtten – het was veel meer: onze redding, tot eer van God. Jezus leverde een topprestatie – in alle opzichten werd Hij beproefd, maar Hij zondigde niet. Hij stierf, en is weer opgestaan.
Misschien zijn de doelen die de maatschappij stelt dan toch niet ‘zaligmakend’. Wat zalig-makend is, lezen we in de Bijbel: Jezus’ offer aannemen, en je leven aan Hem toevertrouwen. Dat mogen we zonder schroom doen, door Jezus. Telkens als we hulp nodig hebben, mogen we voor zijn troon verschijnen.

HEER, hier ben ik. Dank U dat ik steeds welkom ben bij uw troon door Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer.

Share

Laat een reactie achter