5 Moshéh 32

5 Moshéh 32 (Deuteronomium 32)

8. Toen de voet (m.) [~Yehuwthâ ́h] de heidense massa (n.) bleef verdelen, hij die zonder achting voor de Verhevene (m.) is, terwijl hij de eeuwigen verdeelde, zijnde de zonen met achting voor de stoffelijke mens, stelde hij [~Yehuwthâ ́h] de grenzen (n. ) van de heidense massa (n.) vast – volgens het vat (vaartuig) van Yisrâ’ë ́l, zijnde het vaste aantal van de gezanten (m.) – van de machtige van ‘aharón (lichtdrager/lichtbrenger).

Deuteronomium 30 | Deuteronomium | Jozua 1

Share