Enoch 37

Geen hoofdstuk 36

Chanówkh (Enoch) 37

1. Het visioen dat hij zag, het tweede visioen van wijsheid, dat Chanówkh zag, de zoon van Yéred, de zoon van Mahalal’Ë´l, de zoon van Qëynâ´n, de zoon van ‘Enówsh, de zoon van Shëth, de zoon van de stoffelijke mens (‘âthâ´m). Dit is het begin van de woorden van wijsheid, die ik ontving om tot hen die op aarde wonen te spreken en te zeggen: “Luister, mensen vanaf het begin, en begrijp tot het einde, de woorden van de Zuivere, die ik uitspreek in aanwezigheid van de Vorst der geesten!” Het was goed het te spreken tot hen van weleer, 2. Maar laten wij het begin van de wijsheid niet belemmeren aan hen die na ons komen. Tot op heden is een dergelijke wijsheid nooit eerder door de Vorst der geesten geschonken, maar ik heb haar ontvangen naar mijn onderscheidingsvermogen, naar het welbehagen van de Vorst der geesten; dankzij Hem heb ik van Hem een deel van het eeuwige leven ontvangen. 3. En mij zijn drie parabels medegedeeld, en ik heb mijn stem verheven om ze aan de bewoners van de wereld mede te delen.
a. De eerste parabel: Hoofdstukken 38-44
b. De tweede parabel: Hoofdstukken 45-55
c. De derde parabel: Hoofdstukken 56-68

Enoch 35 | Enoch | Enoch 38

Share