Enoch 54

Chanówkh (Enoch) 54

1. Daarna kreeg het Hoofd der dagen berouw, en zei: “Tevergeefs heb ik alle bewoners der aarde vernietigd.” 2. En Hij zwoer bij Zijn grote naam, zeggende: “Voortaan zal Ik niet meer zo handelen tegenover allen die op aarde wonen. 3. Maar Ik zal een teken in de hemelen plaatsen [1 Moshéh 9:13]; en het zal een getuige zijn van Mijn betrouwbaarheid tussen Mij en hen voor altijd, zolang de dagen van de hemelen over de aarde blijven. 4. Volgens Mijn besluit zal Ik Mijn toorn en Mijn straf op hen loslaten, nadat Ik hen vooraf door de handen van de gezanten in de dag van de verdrukking en het lijden zal willen grijpen, vanwege dit” zegt Yâ-hwéh de Almachtige, de Vorst der geesten. 5. “O jullie koningen, o jullie machtigen, die de wereld bewonen: jullie zullen kijken naar Mijn Uitverkorene, gezeten op de troon van Mijn Waardigheid en oordelen over ‘Asa’el, zijn handlangers en zijn volgelingen, in de naam van Yâ-hwéh, de Vorst der geesten.”

Zesde schaal van toorn (Openbaring 16:12-16)

6. Ook daar keek ik naar volgelingen van afgezanten van straf, die gingen, met zwepen en kettingen van ijzer en brons in de hand. Toen vroeg ik aan de Gezant van de vrede, die met mij meeging: “Naar wie gaan zij die zwepen dragen?” 7. Hij zei tot mij: “Naar hun uitgezochten en hun geliefden(28), opdat zij in de diepte van de afgrond van het dal geworpen zullen worden. 8. En dat dal [Har-Meğiddówn] zal worden gevuld met hun uitverkorenen en hun geliefden; de dagen van hun leven zullen hun einde bereiken, maar de dagen van hun afwijking zullen ontelbaar zijn. 9. In die dagen zullen vorsten(29) zich verenigen en samenspannen. De gezanten zullen terugkeren en zich naar het oosten lanceren, onder de Parthen en Meden, en zullen de koningen zo door elkaar schudden, dat een geest van beroering (Openbaring 16:13-14) in hen zal binnendringen. Zij zullen hen van hun tronen omverwerpen en als leeuwen uit hun holen en als uitgehongerde wolven in het midden van hun kudde springen. 10. Zij zullen optrekken en het land van hun uitverkorenen [Bâvél] vertrappen, en het land van hun uitverkorenen zal voor hen een dorsvloer [Har-Meğiddówn] van de Weg zijn, en de stad van Mijn rechtvaardig volk zal de voortgang van hun paarden belemmeren. Zij zullen opstaan om elkaar te vernietigen; hun rechterhand zal versterkt worden; en een man zal zijn vriend of zijn broeder niet erkennen; 11. Noch de zoon zijn vader of zijn moeder, totdat het getal der doden voltooid zal zijn, door hun dood en bestraffing. Noch zal dit plaatsvinden zonder oorzaak. 12. In die dagen zullen de kaken van Sh’ówl worden geopend, zij zullen erdoor worden verzwolgen en haar vernietiging zal haar hoogtepunt bereiken; de dood zal de overtreders verslinden in aanwezigheid van de uitverkorenen.” [Yshá`Yâhuw 5:14].

(28) Bedenk dat, hoewel de reuzen vóór de zondvloed werden vernietigd, hun boze geesten in de laatste dagen zullen terugkeren als sterfelijke mensen (15:10).
(29) De 10 koningen (tenen) die opstaan tegen het Lam.

Enoch 53 | Enoch | Enoch 55

Share