Enoch 50

Chanówkh (Enoch) 50

1. “In die dagen zal de aarde uit haar schoot verlossen, en Sh’ówl uit de hare wat zij ontvangen heeft; en de diepten der zee zullen herstellen wat zij verschuldigd zijn(25). [Openbaring 20:13] 2. Hij zal de rechtvaardigen en reinen uit hun midden uitkiezen, want de dag van hun heil is genaderd. 3. En in die dagen zal de Uitverkorene op Mijn troon zitten, terwijl elk geheim van wijsheid en raad uit Zijn mond zal voortkomen, want de Vorst der geesten heeft Hem begiftigd en geëerd. 4. In die dagen zullen de bergen huppelen als rammen, en de heuvels springen als jonge schapen [Liederen 114:4], verzadigd van melk; en van alle gezanten in de hemel 5. zal hun gelaat stralen van vreugde, want in die dagen zal de Uitverkorene verheven worden. Het land zal zich verheugen; de rechtvaardigen zullen het bewonen, en de uitverkorenen zullen er doorheen wandelen.”

(25) Dit gebeurt bij de tweede opstanding. Om dit materieel te begrijpen, zou het betekenen dat de rechtvaardigen en reinen die op zee verloren zijn gegaan, niet deelnemen aan de eerste opstanding, wat in strijd is met de Schrift. Daarom wordt deze uitspraak geestelijk onderscheiden: de zee staat voor de heidense massa! Rastechnisch weten wij dat velen van Zijn volk dat onder de heidense massa’s migreerde, geestelijk “verloren op zee” waren en heidenen werden, maar daarnaast worden de meeste van de dode heidense massa zelf beschouwd als de schapen van de andere kudde die Hij ook moet verzamelen.

Enoch 49 | Enoch | Enoch 51

Share