15. van Yisrâ’ë ́l, en hij/zij zal Yehuwthâ ́h zijn, als ooit de vader van de soevereine niet zou kunnen gehoorzamen, zijnde degene (n.) niet van de Stem van Yâ-hwéh, zijnde diegene niet van de machtige van ‘aharón (lichtdrager/lichtbrenger) diegenen die gemaakt worden zogenaamd om Yisrâ’ë ́l te bewaken, en deze zogenaamd te maken al diegene (f.) die de geboden zijn van dezelfde, van de Zoon. Wat de rivier betreft ben Ik het die je beveelt. Heden van Yisrâ’ë ́l, en zij zullen tegen Yisrâ’ë ́l buiten komen omdat jullie allen die (f.) dezelve (f.) vervloeken, zijnde de Zoon van de rechterhand van Yisrâ’ë ́l, en zij zullen de Steen grijpen.
5 Moshéh 28
5 Moshéh 28 (Deuteronomium 28)
15. van Yisrâ’ë ́l, en hij/zij zal Yehuwthâ ́h zijn, als ooit de vader van de soevereine niet zou kunnen gehoorzamen, zijnde degene (n.) niet van de Stem van Yâ-hwéh, zijnde diegene niet van de machtige van ‘aharón (lichtdrager/lichtbrenger) diegenen die gemaakt worden zogenaamd om Yisrâ’ë ́l te bewaken, en deze zogenaamd te maken al diegene (f.) die de geboden zijn van dezelfde, van de Zoon. Wat de rivier betreft ben Ik het die je beveelt. Heden van Yisrâ’ë ́l, en zij zullen tegen Yisrâ’ë ́l buiten komen omdat jullie allen die (f.) dezelve (f.) vervloeken, zijnde de Zoon van de rechterhand van Yisrâ’ë ́l, en zij zullen de Steen grijpen.